Learn Dutch Adjectives

DutchEnglishDutchEnglish
Groot (de grootte)Big, large (size)KleinSmall, little
HardHard, fast, loudZachtSoft
Zwak (de zwakte)Weak (weakness)Sterk (sterkte)Strong (strength)
Diep (de diepte)Deep (depth)OndiepShallow
LaagLowHoog (de hoogte)High, tall (things) (height)
Lang (de lengte)Long, tall (people) (length, height -people)KortShort
OudOldJongYoung
MooiPretty, beautiful, nice (weather)LelijkUgly
ZoetSweetBitterBitter
ZuurSour; acidicDuidelijkClear, distinct
Breed (de breedte)Wide (width)SmalNarrow
SchoonCleanVies, vuilDirty
ZwaarHeavyTrouwFaithful
VrolijkMerry, cheerfulLaatLate
VroegEarlyVersFresh (food)
FrisChilly, fresh (weather)KlaarFinished, ready
Trots (op)Proud (of)BescheidenModest
VerlegenShyFoutWrong (thing, not people)
GoedGood, correct, rightGek (op)Mad, crazy (about)
StomStupid, dumb (also without speech)DoofDeaf
KnapClever, handsomeLangzaamSlow
Vlug, snelQuick, fast(schat)rijk(very) rich
(straat)arm(very) poor(spot)goedkoop(very) cheap
(peper)duur(very) dear, expensive(splinter)nieuw(very) new
(stok)oud(very) old(ijs)koud(very) cold
(gloed)heet(very) hot(kei)hard(very) hard, fast, loud
(honds)brutaal(very) cheekyZekerCertain, sure
VrijFreeBeleefdPolite
MoeTiredRijpRipe
GratisFree (of charge)NodigNecessary
WreedCruelGul, royaalGenerous
LuiLazyIntelligentIntelligent
IJverigIndustrious, diligentDankbaarGrateful, thankful
ErnstigSeriousGrappigFunny
EigenaardigPeculiar, strangeVreemdStrange
MogelijkPossibleWaarschijnlijkProbable
BelangrijkImportantGoed (voor)Good, kind (to)
Jaloers (op)Jealous, envious (of)Goed, slecht (in)Good, bad (at s.t.)
Bang (voor)Afraid (of)Kwaad (op)Angry (with)
Typisch (voor)Typical (of)Geïnteresseerd (in)Interested (in)
Beroemd (om)Famous (for)(on)afhankelijk (van)(in)dependent (of)
Enthousiast (over)Enthusiastic (about), keenLeukReally nice, fantastic
NuttigUsefulNutteloosUseless
BraafWell-behavedStoutNaughty
MoeilijkDifficult(ge)makkelijkEasy, comfortable
LeegEmptyVolFull
VolgendNext (week etc.)Vorig, verledenLast (week etc.)
BekendWell-known

Learn Dutch | Dutch grammar | Dutch vocabulary | Dutch for beginners | Dutch pronunciation

Can you make 5 sentences with these Dutch Adjectives? Post your answers in the comments below this Youtube video >
Dutch Course Eindhoven TeacherTeacher Philippe

Learn Dutch pdf

Learn-Dutch-Academy-Youtube-subscribe

Learn Dutch by Yourself:

Learn Dutch with us!

Enrol in our next Online Dutch Course >
Dutch Course Eindhoven TeacherTeacher Philippe

Share this page with your friends and colleagues >